Betreft: Schriftelijke vragen artikel 33 Reglement van Orde raad inzake
maatwerkvoorziening huishoudelijke hulp

Geachte leden van de fractie Samen voor Pekela,

Op 3 september heeft de raadsfractie Samen voor Pekela een aantal vragen gesteld.
Deze vragen gaan over de overgang van de algemene voorziening huishoudelijke ondersteuning naar de maatwerkvoorziening huishoudelijke ondersteuning. Middels deze brief beantwoorden wij de vragen die door uw fractie zijn gesteld.

Vraag 1:
Is het College op de hoogte van de negatieve signalen die Samen voor Pekela ontvang m.b.t. de keukentafelgesprekken? Zoja, wat gaat het College hieraan doen?
Nee. Deze negatieve signalen heeft het College niet ontvangen.

Vraag 2:
Is het College ervan op de hoogte dat sommige cliënten 5 minuten mindering krijgen terwijl andere er 5 minuten bij krijgen? Kan het College ons uitleggen wat hiervan de achterliggende gedachte is?
Het College is hiervan op de hoogte. Het College voert het door de gemeenteraad vastgestelde normenkader van HHM uit. Hierin staan de tijdseenheden voor huishoudelijke ondersteuning die van toepassing zijn.
Bij de keukentafelgesprekken wordt gesuggereerd dat bij een eventuele uitbreiding van hulp de betrokken inwoner niet de hulp krijgt van de persoon die hij of zij nu over de vloer krijgt maar dat de extra tijd (soms 5 min) wordt ingevuld door een ander medewerker van de thuiszorginstelling. Is het college op de hoogte dat hulpvragers om die reden afzien van extra hulp?
Uw suggestie bevreemdt ons. Het College herkent zich hier niet in. Inwoners hebben een keuzevrijheid om een aanbieder te kiezen. Deze aanbieder is verantwoordelijk voor de uitvoering van de huishoudelijke ondersteuning. Als de inwoner niet tevreden is over de personele invulling van de huishoudelijke ondersteuning, dan kan de inwoner in gesprek gaan met de desbetreffende
aanbieder.

Vraag 3:
Is het College ervan op de hoogte dat sommige mensen (voorbeeld in de casusbrief) helemaal geen hulp meer krijgen?
Ja, hiervan is het College op de hoogte. Wanneer een inwoner niet aan de criteria voldoet van de door de gemeenteraad vastgestelde verordening WMO 2024, zal deze geen huishoudelijke ondersteuning ontvangen.

Vraag 4:
Is het College het met ons eens dat dit een zeer grote impact op de mensen heeft?
Het uitgangspunt van het College is dat ook inwoners die niet in aanmerking komen voor huishoudelijke ondersteuning, ook dan ondersteund worden in het vinden van een passende oplossing.

Vraag 5:
Is het College het met ons eens dat met name de kwetsbaarste groep mensen uit onze gemeente hiervan de dupe dreigen te worden?
Nee, hier is het College het niet mee eens. Zie ons antwoord op vraag 4. Het College vraagt zich voorts af waar Samen voor Pekela deze veronderstelling op baseert?

Vraag 6:
Kan het College uitleggen wat de vervolgstappen kunnen zijn voor het geval iemand in beroep zou willen gaan tegen een genomen besluit?
De inwoner heeft altijd het recht om in bezwaar en beroep te gaan tegen een genomen besluit van de gemeente. Dit proces staat beschreven in de beschikking die de inwoner ontvangt na afloop van het keukentafelgesprek.

Vraag 7:
Is het College het met ons eens dat de gemeente verplicht is hulp te verlenen aan een ieder die daarom vraagt?
Het College deelt de mening dat een ieder die hulp nodig heeft en aan de voorwaarden voldoet van
de door de gemeenteraad vastgestelde verordening WMO 2024 hiervoor in aanmerking komt.

Vraag 8:
Vindt het College ook niet dat de gemeente de wettelijke plicht heeft de oudere medemens zo lang mogelijk zelfstandig te laten wonen?
Het College deelt de zienswijze om de oudere medemens zo lang mogelijk zelfstandig te laten wonen zoals beschreven in de wet WMO 2015.

Vraag 9:
En dat het College met het ontzeggen (afpakken) van hulp het wettelijke kader passeert?
Het College deelt deze tendentieuze vraag niet. Het College opereert uiteraard binnen het wettelijke kader.

Vraag 10:
Is het College met ons van mening dat het onderliggende doel van maatwerkvoorziening niets anders is dan een bezuinigingsmaatregel?
Al eerder heeft het College aangegeven dat er een grote druk is op de WMO-middelen en dat het College wil zorgen dat de inwoners die echt huishoudelijke ondersteuning nodig hebben dit ook in de toekomst kunnen blijven ontvangen. Dat is de sociale insteek van het College.

Vraag 11:
Hoeveel van de circa 500 betrokken inwoners zijn inmiddels geïndiceerd?
Wat is het resultaat nog toe van de indicaties?
Hoeveel inwoners hebben inmiddels meer uren gekregen?
Afgesproken is dat het College na een jaar met een evaluatie richting de gemeenteraad zal komen.
Op dit moment is het te vroeg om conclusies te trekken uit de data die tot op heden beschikbaar is.

Vraag 12:
Pekela was er trots op te behoren tot de sociaalste gemeente van Nederland.
Is het College ervan overtuigd dat Pekela nog steeds tot de sociaalste gemeentes van Nederland
behoort? Kan het College aangeven waar dat uit blijkt?
Wij beschikken niet over vergelijkingsmateriaal met andere gemeente om deze uitspraak te kunnen
bevestigen of te ontkennen. In 2019 heeft de FNV voor het laatst een landelijk referentie onderzoek uitgevoerd naar de “sociaalste gemeente” in Nederland. Doordat deze informatie er nu niet is kan geen enkele gemeente aanspraak maken op de FNV-titel “sociaalste gemeente” van Nederland.
De gemeente Pekela staat voor een krachtig sociaal beleid dat blijkt uit de insteek van de verordening Maatschappelijke ondersteuning Pekela 2024 en de manier waarop wij de toegang tot de Wmo-voorzieningen hebben ingericht. Mede hierdoor zijn wij in staat om kwetsbare inwoners effectief te ondersteunen

Hoogachtend,
Burgemeester en wethouders van Pekela,

Burgemeester
De heer J. Kuin

Secretaris
De heer J. van der Woude